Eindejaarstips 2024: 12 Tips voor de IB-ondernemer
Eindejaarstips 2024: 12 Tips voor de IB-ondernemer
Het aftellen naar 2025 is begonnen. Wij zetten de belangrijkste actuele fiscale tips voor IB-ondernemers op een rijtje. 12 tips waar u als IB-ondernemer hopelijk uw voordeel mee kunt doen!
1. Zorg voor een urenadministratie!
Het urencriterium is belangrijk om gebruik te maken van vele fiscale tegemoetkomingen voor IB-ondernemers. Denk aan de zelfstandigenaftrek, de startersaftrek, de oudedagsreserve, de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk en de meewerkaftrek. U moet aannemelijk maken dat u in een kalenderjaar ten minste 1.225 uur aan de onderneming hebt besteed. Als u geen startende ondernemer (meer) bent en u verricht naast het werk voor uw onderneming nog andere werkzaamheden (in of buiten dienstbetrekking), dan moet u ook aannemelijk maken dat meer dan de helft van uw voor werkzaamheden beschikbare tijd is besteed aan uw onderneming.
2. Handhaving op schijnzelfstandigheid
Op 1 januari 2016 is de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet DBA) ingevoerd. Vanwege de onduidelijkheid over de Wet DBA is de handhaving hiervan de afgelopen jaren opgeschort, maar dat gaat veranderen. De Belastingdienst gaat vanaf 1 januari 2025 weer handhaven op schijnzelfstandigheid. Zij kan met terugwerkende kracht naar 1 januari 2025 correctieverplichtingen, naheffingsaanslagen en boetes opleggen als blijkt dat de zzp’er toch voldoet aan de criteria van een arbeidsverhouding. Daarbij geldt een overgangsperiode van één jaar waarin werkgevers en werkenden geen vergrijpboete krijgen als zij kunnen bewijzen dat zij stappen zetten tegen schijnzelfstandigheid. Verzuimboetes kunnen wel worden opgelegd.
Er is sprake van schijnzelfstandigheid als een zelfstandige (zzp’er) in de praktijk verkapt in dienst is bij een opdrachtgever.
Let op! De modelovereenkomst op basis van vrije vervanging van de belastingdienst is per 1 januari 2024 ingetrokken. Controleer of u nog werkt met dergelijke modelovereenkomsten en neem in dat geval contact op met uw adviseur.
3. Plan uw investeringen: Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA)
Heeft u in 2024 al genoeg geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen om in aanmerking te komen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (zie onderstaande tabel)? Zo niet, dan valt er wellicht nog wat fiscaal voordeel te halen! Om in aanmerking te komen voor deze investeringsregeling, moet een investering minstens € 450 exclusief btw bedragen. U kunt hier dan jaarlijks ook op afschrijven.
Let op! Heeft u een investering in een bedrijfsmiddel in 2020 gedaan en daarvoor toen de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek geclaimd? Bij een eventuele verkoop binnen de vijfjaartermijn moet u rekening houden met een desinvesteringsbijtelling. Stel in dat geval de eventuele verkoop uit naar 2025.
Let op! Heeft u een investering in een bedrijfsmiddel in 2020 gedaan en daarvoor toen de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek geclaimd? Bij een eventuele verkoop binnen de vijfjaartermijn moet u rekening houden met een desinvesteringsbijtelling. Stel in dat geval de eventuele verkoop uit naar 2025.
4. Investeer nog in 2024 in energiezuinige bedrijfsmiddelen
Bent u van plan om binnenkort te investeren in een bedrijfsmiddel dat staat op de Energielijst van de RVO? Beoordeel dan of dit bedrijfsmiddel ook op de Energielijst 2025 is opgenomen? Zo niet dan is het mogelijk fiscaal voordeliger om nog in 2024 te investeren. Dit betekent dat u bijvoorbeeld dit jaar nog een opdrachtbevestiging of order moet ondertekenen. Wel moet u er rekening mee houden dat de energie-investering op tijd wordt gemeld bij de RVO.
5. Voorziening
Wilt u winstneming uitstellen? Kijk dan of u nog een voorziening kunt vormen. Daarvoor is al voldoende dat de toekomstige uitgaven hun oorsprong vinden in feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan voor de balansdatum, en dat een redelijke mate van zekerheid bestaat dat de uitgaven in de toekomst worden gedaan. Verder geldt dat de toekomstige uitgaven ook moeten kunnen worden toegerekend aan de periode voorafgaande aan de balansdatum. Voorzieningen zijn mogelijk voor bijvoorbeeld een reorganisatie, onderhoud, saneringskosten, het verlenen van garantie op producten of jubileumuitgaven voor het personeel.
Tip! In 2025 wordt de MKB-winstvrijstelling verlaagd van 13,31% naar 12,7%. Mogelijk is het voor u interessant om alvast een deel van de winst van 2024 naar voren te halen of eventueel kosten uit te stellen tot 2025.
6. Koop nog een bestelauto zonder BPM
Tot eind 2024 kunt u nog profiteren van de vrijstelling van bpm bij de aankoop van een nieuwe bestelauto voor zakelijk gebruik (minstens 10%). Deze vrijstelling vervalt per 2025 en dan moet voor bestelauto’s dezelfde belastingheffing als voor personenauto’s worden betaald. Dit kan u duizenden euro’s besparen. Koopt u een CO2-vrije bestelauto? Dan betaalt u ook in 2025 geen bpm.
7. Laatste loonheffingsaangifte 2023
Ga na of alle betalingen gedaan aan het personeel op een juiste wijze zijn verloond. Denk hierbij ook aan de forfaitaire bijtellingen voor de bestelauto en de personenauto en andere gunstige beloningsvormen.
8. Laatste btw-aangifte boekjaar
Denkt u bij het maken van de laatste aangifte van het boekjaar aan de volgende punten:
Privégebruik gerelateerde correcties
- Correctie btw privégebruik auto (zowel voor u als ondernemer als voor uw personeel);
- Correctie btw privégebruik voor bijvoorbeeld gas, water, elektriciteit en warmte;
- Correctie btw voor gebruik door u als ondernemer van tot het bedrijf behorende goederen voor andere dan bedrijfsdoeleinden (onder andere privégebruik), bijvoorbeeld bedrijfsmiddelen die u zowel zakelijk als privé gebruikt;
- Correctie btw voor verrichten van diensten door u als ondernemer voor andere doeleinden dan bedrijfsdoeleinden (onder andere privégebruik);
- Correctie in het kader van de bedrijfskantineregeling;
- Overige correcties op aftrek van voorbelasting over verstrekkingen aan het personeel (gelegenheid geven tot sport of ontspanning, privévervoer en huisvesting) en voor relatiegeschenken en dergelijke.
Pro-rata gerelateerde correcties
- Ondernemers die niet uitsluitend btw-belaste prestaties verrichten moeten het pro-rata-aftrekpercentage voor het afgelopen jaar berekenen. Dit kan leiden tot een correctie (naar boven of beneden) van de eerder in aftrek gebrachte btw op algemene kosten.
- Indien het pro-rata-aftrekpercentage daalt onder de 90% (of 70% voor onder meer reisbureaus), moet u de gevolgen voor eventuele ‘opties belaste huur’ in huurcontracten beoordelen.
- Op roerende en onroerende investeringsgoederen moet herziening van voorbelasting plaatsvinden.
In sommige gevallen is onder voorwaarden goedgekeurd dat de correcties per einde kalenderjaar kunnen plaatsvinden (indien het kalenderjaar niet gelijk is aan het boekjaar.
Termijn terugvragen buitenlandse btw
Bent u economisch actief in meerdere EU-landen? Nederlandse aftrekgerechtigde ondernemers kunnen de in andere EU-landen betaalde btw terugvragen via een elektronisch verzoek bij de Belastingdienst. Let op, hiervoor zijn aparte inloggegevens vereist en het aanvragen daarvan kan enige weken duren. Het verzoek moet uiterlijk binnen zijn op 30 september van het jaar dat volgt op het jaar waarover u btw terugvraagt. Verzoeken die hierna binnenkomen worden mogelijk door het andere EU-land niet meer in behandeling genomen.
9. Debiteur betaalt niet? Vraag tijdig de btw terug
Btw afgedragen zonder dat de factuur ooit is betaald? Als een debiteur u niet betaalt, kunt u onder omstandigheden de btw terugvragen die u al hebt afgedragen aan de Belastingdienst.
Let op! Als u afspraken maakt met uw debiteur over de betaling van de factuur, kan het zijn dat uw vordering wordt omgezet in een lening. In dat geval kunt u geen verzoek tot teruggaaf indienen bij de Belastingdienst. Voordat u een betalingsregeling voorstelt, dient u dus goed na te gaan of uw debiteur uiteindelijk aan zijn verplichtingen zal voldoen of niet. U moet het verzoek tot teruggaaf tijdig indienen. Dat betekent binnen een maand nadat duidelijk is dat uw afnemer niet betaalt. Uiterlijk één jaar na het opeisbaar worden van de vordering wordt geacht dat de debiteur niet meer zal betalen en moet u de btw terugvragen.
10. Bewaarplicht
Het opruimen en vernietigen van oude administratieve gegevens kan u uiteraard een kostenbesparing opleveren, maar houd daarbij wel rekening met de wettelijke bewaartermijn van ten minste zeven jaar van uw administratieve gegevens. Met betrekking tot onroerende zaken en rechten waaraan deze zijn onderworpen, moet u de btw-boekhouding zelfs tien jaar bewaren.
Voor de btw geldt in bepaalde gevallen een bijzondere bewaarplicht van tien jaar. Permanente stukken (aktes, pensioen- en lijfrentepolissen enzovoort) mogen niet worden weggegooid.
Tip! Als u de gegevens van verkoopbonnen digitaal opslaat en deze ter beschikking kunt stellen aan de Belastingdienst, is het niet meer noodzakelijk om kassabonnen, kassarollen en dergelijke op papier te bewaren. Dit geldt ook voor facturen, mits bij het scannen geen informatie verloren gaat.
11. Informatieverstrekking uitbetaalde bedragen aan derden
Vanaf 1 januari 2022 zijn werkgevers verplicht informatie te verstrekken aan de Belastingdienst over uitbetaalde bedragen aan derden waarop geen loonheffingen zijn ingehouden. Als u dergelijke betalingen doet aan een natuurlijk persoon, moet u de Belastingdienst informeren over een aantal zaken, waaronder naam, adres, woonplaats, geboortedatum, Burgerservicenummer (BSN) en de in het kalenderjaar betaalde bedragen inclusief kostenvergoedingen. De informatieplicht geldt niet voor onder andere betalingen aan werknemers, artiesten, beroepssporters, of vrijwilligers. Ook geldt de informatieplicht niet voor personen die een factuur hebben uitgereikt, mits die factuur voldoet aan de eisen van de Wet op de omzetbelasting 1968. U kunt de informatie aanleveren in de loop van het jaar zelf, maar deze informatie moet in elk geval uiterlijk in januari na afloop van het jaar zijn aangeleverd.
Tip! Begin tijdig met het in kaart brengen voor welke personen u aan deze informatieplicht moet voldoen en ga na of u over alle noodzakelijk gegevens zoals een BSN-nummer beschikt.
12. Kies voor een zakelijke beloning voor uw meewerkende partner
Als uw partner meewerkt in de zaak, is het reëel om daarvoor een beloning toe te kennen. Voor een civielrechtelijke dienstbetrekking met uw partner is vereist dat er sprake is van een gezagsverhouding uit hoofde van de dienstbetrekking. Bij zo’n dienstbetrekking kunt u gebruik maken van faciliteiten in de loonbelasting. Kiest u ervoor om uw partner een reële arbeidsbeloning toe te kennen? Dan kunt u deze vergoeding als arbeidskosten ten laste van de winst brengen. Vereist is dan wel dat die vergoeding € 5.000 of meer bedraagt en ook daadwerkelijk betaald wordt.
U kunt de meewerkaftrek toepassen als u als ondernemer winst geniet, aan het urencriterium voldoet en uw partner in het kalenderjaar minimaal 525 uren arbeid in uw onderneming verricht zonder daarvoor enige vergoeding te ontvangen die u ten laste van uw winst kunt brengen. De aftrek bedraagt een percentage van de winst oplopend van 1,25% tot maximaal 4%, afhankelijk van het aantal uren dat uw partner meewerkt. In tegenstelling tot de dienstbetrekking en de arbeidsbeloning van € 5.000 of meer, is uw partner geen belasting verschuldigd over de door u geclaimde meewerkaftrek.
De keuze voor een dienstbetrekking, een reële arbeidsbeloning of de meewerkaftrek wordt bepaald door de feitelijke situatie.
Disclaimer
Bij de samenstelling van de Eindejaarstips 2024 is naar uiterste betrouwbaarheid en zorgvuldigheid gestreefd. Deze versie is samengesteld met de kennis tot 11 november 2024. Daarbij zijn wij er vanuit gegaan dat de Eerste Kamer het Belastingplan 2025 en de aangenomen amendementen zal goedkeuren. Onze organisatie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden en de gevolgen hiervan.
Meer Eindejaarstips 2024
Hoofdkantoor
Hoofdstraat 2
2351 AJ Leiderdorp
bel ons
071-5422720